De eilanden van Palau, een
kleine republiek in Micronesië,
in de noordwest hoek van de Pacific Ocean (Stille
Zuidzee)
Januari en februari 2005
Eerste indrukken van Koror
De overgang naar het nieuwe jaar is voor ons rustig verlopen
en maandag 3 januari zijn we benieuwd wat Koror, de hoofdstad van Palau, ons te
bieden heeft. We nemen een taxi naar het 'centrum' en bekijken een
'Bai', een
nagebouwd gemeenschapshuis uit vroegere tijden. De
voorgevel in het puntdak is
met mythische figuren beschilderd en binnen zijn schilderingen van nog meer
mythen en verhalen te vinden. Je moet de verhalen van Palau kennen om de
verschillende scènes te herkennen, dus we kijken uit naar een boekje met de
meest bekende mythen en legendes. De puntgevels zien we ook op een aantal
moderne gebouwen terug. Verder wordt de cultuur van Palau veelal bepaald door de
Amerikaanse economie en overheidsadministratie. Hoewel Palau sinds een aantal
jaar een zelfstandige republiek is, wordt het publieke leven door Amerika
bepaald.
In de winkels en supermarkten zijn alle producten direct uit
de States afkomstig en de prijzen zijn daar ook naar. Betaalmiddel is de US
dollar en hoewel de wisselkoers voor mensen met een Eurorekening gunstig is,
blijkt dit geen goedkoop land te zijn. 45% van de bevolking heeft een functie
bij de overheid en de overige mensen verdienen hun geld in de visserij of van de
toeristen. Palau is bekend om haar schitterende onderwater leven en de duiksport
zorgt voor veel banen en inkomsten. Amerikanen en Japanners zien we hier het
meest, maar ook Europa is goed vertegenwoordigd.
Dat zien we ook bij de ongeveer 25 zeilbotendie op dit
moment bij de Royal Belau Yachtclub voor anker liggen. De helft is van
Amerikanen en verder zien we twee Japanners, twee Duitsers, een Deen, een Noor,
een Tsjech(!), een Zwitser en een Nederlander (wij dus).
De supermarkten zijn ruim voorzien en met name de verse
(Westerse) groenten zien er heerlijk uit. Bloemkool, broccoli, sla en tomaten
zijn onze eerste keus en na de zoete aardappelen smaken de 'engelse' (gewone)
ook weer heerlijk. Bij de aankoop van vlees en vis mogen we niet te kieskeurig
zijn. Veel vlees zit in grootverpakkingen en wordt allemaal iets minder fijn
aangeleverd dan we dat in Nederland en ook in New Zealand en Australië gewend
zijn. Maar met wat zoeken vinden we toch kippeborst (met bot en vel) en
rundvlees (waar het niet gewenste vet ruim vanaf gesneden moet worden).
Voor het wassen van de kleding, handdoeken en lakens kunnen
we in een grote wasserette terecht. Volgens ons heeft niemand hier een
wasmachine thuis want er staan 22 wasmachines en twaalf drogers en alles tegen
een redelijke prijs: US$ 0,75 voor een was en US$ 0,75 voor een droger.
Sociale contacten
In de bar van de Yachtclub en aan boord van de verschillende
boten en de 'Alexandra' maken we kennis met de diverse bemanningen. Altijd leuk
wat achtergrond van iedereen te horen: waar kom je vandaan, hoe was je route,
wat is de volgende bestemming en hoe ben je tot het zeilen gekomen?
Naast de Yachtclub hoort ook iedere 'yachtie' in Kramers
Restaurant geweest te zijn, een zeer redelijk geprijsd restaurant met op
dinsdagavond spaghetti bolognese voor US$ 3,50! Maar ook
met een aantrekkelijke menukaart waarbij de 'sushimi' de
meest opvallende (en voor de visliefhebbers de meest lekkere) is: rauwe stukjes
'yellowfin tuna' te dippen in een vrij pittige saus van mierikswortel met
ketjap, begeleid met gestoomde groenten en rijst. De liefhebbers van een goede
steak kunnen hier eveneens terecht!Ook bij Palm Bay Bistro kunnen we heerlijk eten, maar de
meeste en ook zeer smakelijke maaltijden worden aan boord gemaakt.
In het ziekenhuis hebben we kennis gemaakt met een aantal
verpleegsters uit Fiji. Ze vinden het erg leuk te horen dat we in Fiji geweest
zijn en we nodigen ze uit om ons aan boord te komen bezoeken. We horen dat er te
weinig goed geschoolde mensen in Palau zijn en de meeste gekwalificeerde
verpleegsters komen momenteel uit Fiji. De opleiding is daar goed en ook de
praktijktraining in de ziekenhuizen maakt de verpleegsters uit Fiji zeer gewild
o.a. in Palau, maar ook in Australië en zelfs Engeland.
Het voordeel voor de verpleegsters is dat hun salaris in US
dollars wordt uitbetaald en een groot gedeelte van het geld wordt naar ouders en
familie in Fiji gestuurd. Voorheen was de US dollar twee Fiji dollars waard,
maar momenteel is dat nog maar 1,50 Fiji dollar. De Fiji verpleegsters en een
dokter met haar familie kennen elkaar goed en trekken buiten het werk veel met
elkaar op. De meeste verpleegsters bewonen met z'n tweeën een flat en kenden
elkaar al als collega's in Fiji. De eerste groep werkt nu zes jaar in Palau en
is doorgaans tweemaal naar Fiji terug geweest voor vakantie en familiebezoek.
Allemaal zeggen ze zeker over een paar jaar naar Fiji terug te gaan en niet in
Palau te zullen blijven.
Er zijn in Palau ook weinig mensen/jongeren van hun leeftijd
en 'niveau'. Veel kinderen van Palau trekken na een opleiding naar Honoloulou en
Californië (beiden Amerika) voor verdere studie of werk. Vaak komen ze niet
terug naar Palau (wat ze te klein en weinig uitdagend vinden) en vestigen zich
in Amerika, Canada of soms Australië. Wel zenden ze geld naar hun ouders of
andere gezinsleden in Palau. Zo mist Palau een werkende beter opgeleide groep
mensen en moet daarvoor een beroep doen op andere landen. Ook staan de inwoners
van Palau niet in de rij voor de eenvoudige banen en deze vacatures worden
veelal ingevuld door mensen uit de Filippijnen die hier graag komen werken.
Het weer met de Kerst en in de eerste week van januari is
zonnig en zeer warm (vinden wij). Maar daar komt de tweede week verandering in.
We kijken regelmatig tegen grijze luchten aan, er staat steeds vaker een pittige
wind en we moeten soms ook een paar uur binnen blijven zitten om de gigantische
tropische regenbuien uit te laten razen. De watertanks lopen via ons regen
opvangsysteem goed vol en ook het dek wordt overvloedig gespoeld. Voordeel is
dat de temperaturen op dit soort dagen iets lager liggen en dat is ons zeer
welkom. De bootjes met duikers en snorkelaars draaien gewoon hun programma,
geboekt is geboekt, maar je hebt natuurlijk wel pech als je met dit donkere weer
moet duiken en je bijna de gehele dag in de regen zit. Gelukkig hebben wij nog
even tijd en we zorgen tussen de buien door dat we weg kunnen zodra het weer
wat verandert.
Storyboards
In de 'Bai', de historische gemeenschapshuizen, hebben we al
schilderingen van de mythen en verhalen (stories) van vroeger gezien. In de
eerste helft van de 20e eeuw komen er veel Japanners op Palau wonen en werken en
van hen zien de Palauans het inkerven in hout van natuurtaferelen. De Japanners
stimuleren hen hun 'stories' ook in hout uit te beelden en zo ontstaat het
'storyboard'. In het nationaal museum van Palau vinden we een aardig overzicht
van de ontwikkeling van deze kunstvorm. De eerste storyboards zijn wat stijve
houten schilderijtjes, maar in de loop van de tijd wordt er meer reliëf gebruikt
en experimenteert men met de vormen van het schilderij. En nu zie je totempalen,
platte boomwortels en allerhande (water)dieren waarop zeer kunstig en met veel
detail de mythen en legenden zijn ingesneden. Een dergelijke kunstwerk is een
prachtig souvenir van Palau natuurlijk. Via via horen we dat we eens in de
gevangenis moeten gaan kijken. Een aantal gedetineerden heeft zich de kunst van
het houtsnijden eigen gemaakt er bestaat de mogelijkheid hier een storyboard te
kopen.
We vinden de 'jail' nabij het politiebureau en bij de
bewaking melden we dat we naar de storyboards komen kijken. De winkel ligt net
voorbij de wachtkamer van de guards. Er hangt en staat een
grote collectie
houtsnijwerk in alle mogelijke maten, vormen en dimensies. Het is schitterend
hier rond te lopen en al de details te bekijken. Het is alleen heel erg warm
binnen, dus na 10 minuten beginnen we iets gerichter te zoeken naar een werkje
dat we mooi vinden. Een van de gevangenen komt binnen om ons te helpen en hij
wijst op een aantal bijzondere exemplaren. Ook vertelt hij van een aantal
verhalen die we nog niet kennen even kort de inhoud. Over de prijs valt te
onderhandelen vermeldt een kaartje aan de muur en dat is ook wel nodig, want het
zijn waarschijnlijk toeristenprijzen. We hebben een mooi exemplaar op het oog en
we krijgen met redelijk gemak ook nog een leuk bedragje eraf. Misschien nog wel
te veel betaald, maar het is een prachtig storyboard met wel zeven legendes waar
we allemaal een korte beschrijving op papier van mee krijgen. Het door ons
uitgezochte exemplaar is echter te groot om aan boord te houden, dus we vragen
of dezelfde artiest een kleiner storyboard voor ons wil maken dat we dan aan
boord op kunnen hangen als herinnering aan Palau. De betreffende man wordt er
even bij geroepen en we bewonderen nogmaals onze aankoop waarbij de artiest ons
nog op een paar details wijst en vertelt dat het hout een grondwortel van de
mangoboom is.
Rock Islands
Als de bootjes met duikers vertrokken zijn, varen we
donderdag 20 januari naar de steiger om diesel en water te tanken. We doen de
laatste versboodschappen en varen dan rustig op de motor de haven uit op weg
naar de befaamde 'rock islands', steile rotsen waar volop bomen en planten op
groeien. De rotsen zijn wat poreus en daardoor kunnen de wortels zich nog
redelijk vasthechten. En verder regent het in Palau zeer regelmatig, zodat de
begroeiing groen blijft. Eenmaal buiten de haven zien we witte schuimkopjes op
het water en we besluiten alleen de fok uit te rollen. Er blijkt 20-25 knopen
wind te staan (windkracht 6) en we vliegen vooruit. De eerste beschutte
ankerplaats is achter Ulong eiland en daar kunnen we redelijk ankeren. Wel
zetten we een tweede anker uit als extra houvast. De hele nacht blijft het
doorwaaien en de volgende dag regent het. Als het even droog is verleggen we de
boot nog iets verder in de luwte van het eiland. We liggen nu aan het begin van
een lagune en als de regen weer even gestopt is, maken we met de dinghy een
tochtje tussen de diverse eilanden door.
Intussen blijft het maar waaien en regenen. In de lagoon ligt
ook Gary, een Amerikaan, met een klassieke houten boot (8 meter klasse) voor
anker. Hij is momenteel als bootbouwer op het eiland Guam, eveneens in
Micronesië, aan de slag. Guam ligt echter in een hurricane gebied, vandaar dat
hij zijn boot op Palau heeft liggen. Hij vliegt steeds voor zes weken naar Guam
en heeft dan zoveel verdiend dat hij weer drie maanden in Palau kan blijven. Hij
hoopt zich hier met een business op Palau te kunnen vestigen.
Maandag 24 januari klaart het weer echt op en met wat zon
erbij maken we nogmaals een tochtje door de lagoon en schieten her en der een
fotootje. Buitenom varen we langs een strandje en een aantal diepe grotten die
doorgaans begroeid zijn met varens. Klimplanten hangen als gordijnen vanaf de
rotsen erboven.
Bij terugkomst gaat het anker op en varen we verder
zuidwaarts naar het wat toeristischer gebied. We zien hier regelmatig de bootjes
van de verschillende duikclubs naar een nieuwe duik- of snorkelbestemming varen
en op een van de stranden is een groot overdekt uitrustpunt gemaakt waar de
duikers voor koffie of lunch heengebracht worden.
Wij vinden voor de nacht een mooie koof waar nog niemand ligt
en waar we opnieuw een schitterend uitzicht op de rock islands hebben. Om de
hoek is 'clamcity', een snorkelplek waar een aantal grote 'clams' liggen. Dat
zijn dubbele schelpen die zich sluiten zodra er prooi dicht in hun buurt komt.
Deze 'giant'-variant kan soms wel 1 meter in doorsnede groot worden. Als de
schelp open staat zie je goed de twee 'mond'-openingen waardoor de clam het
water filtert en zijn voeding vergaart.
De volgende dag varen we heel voorzichtig tussen rifjes en
bommies door naar een volgend ankerplaatsje. Ook weer schitterend mooi en
vandaar gaan we 's middags met de dinghy naar 'jellyfish lake' (een binnenmeer
met kwallen). We leggen aan bij de steiger waar al meer bootjes liggen. Het is
gemakkelijk te vinden, we hoeven alleen de groene lijn maar te volgen. Het
vlakke pad gaat snel over in een steil pad met af en toe wat uitgehakte treden.
Als handgreep is langs het pad een groene lijn gespannen en die hoeven we
inderdaad alleen maar te volgen. Eerst een stuk de heuvel op en dan ongeveer
dezelfde afstand weer naar beneden. We hebben zwemvliezen, maskers en een
fototoestel bij ons en er komen ons regelmatig mensen tegemoet. Aan het eind van
de groene lijn komen we op een zwemsteiger met een lichtgroen meer voor ons. We
gaan te water en zwemmen naar het midden van het meer. We zien steeds meer
lichtroze bollen verschijnen, de kwallen dus. Het is een beetje een eng idee
daar zomaar tussendoor te zwemmen. Af en toe voel je ze langs je benen of armen
gaan, maar verder doen ze niet veel. Omdat de kwallen al generaties lang in het
van de zee afgesloten meer leven en hier geen natuurlijke vijanden hebben, zijn
ze hun vermogen om zich te verdedigen, met een pijnlijk steek, kwijtgeraakt. Ik
zie Hans in een wolk van roze bollen en voel me zelf ook een beetje gelatine
worden, dus we maken een paar foto's en zwemmen naar de veilige steiger terug.
Een bijzondere ervaring. Zwemvliezen uit en de heuvel in tegengestelde richting
op en af. Dan hebben we er weer een mooie activiteit opzitten en kunnen we terug
naar boord voor een biertje met uitzicht op een mooie zonsondergang.
's Nachts regent het de gehele nacht, maar om 10.00 uur 's
morgens trekken we weer verder zuidwaarts, een prachtig tochtje op de fok naar
'Two dog islands'. We maken een verkenningstochtje met de dinghy en ontdekken
dat er op twee strandjes wederom een rustplaats voor de duikers en snorkelaars
is gemaakt met BBQ's en overdekte eetruimte, toiletten en een mooi stuk strand
om de benen te strekken.
We hebben een rustige nacht, maar de volgende dag zitten we
in de regen. We bakken brood, starten een nieuw vaatje bier op en eind van de
dag is het gelukkig weer even droog. Het is laag water en we gaan nu een
doorgang onder de rotsen proberen door te komen. Dat gaat precies en dan komen
we in een kleine lagune met steile hellingen rondom. Er vliegen verschrikt wat
vogels op en overal hoor je het regenwater uit de bomen druppen.
German Channel
Vrijdag 28 januari begint met een stralende morgen. We vullen
de tank van de buitenboordmotor, nemen onze snorkelspullen mee en varen
met de dinghy richting German
Channel om het gebied daar te verkennen. Voorbij German Channel start het zeer
beroemde duikgebied van Palau. We hebben de mobiele GPS bij ons en plotten daar
alle boeien in die we tegen komen. Met de dinghy is het varen door German
Channel geen enkel probleem maar het betreft een kanaaltje door het rif van 2,5
- 3,5 meter diep bij hoog water. Voorbij German Channel wordt het water wat
ruwer en breder naar open zee toe. We varen naar de boeien aan onze SB kant en
kijken daar even onder water. Niet te geloven, we zien al direct drie haaitjes
die liggen te slapen. Verder veel visjes op wat rif nabij de ankerboei. De
volgende boei levert ongeveer hetzelfde beeld onder water op.
We varen verder het gebied in en zien bijna buitenop de
mast van een zeilboot. Dit moet 'Eclipse' zijn, een charterjacht met schipper
John en divemaster Charly, die we al eerder in Koror gesproken hebben. We
besluiten even bij ze langs te gaan om gedag te zeggen. Als we langszij varen
haalt hij aan de andere kant net zijn vijf gasten/scubaduikers uit het water en
hij meldt dat dit landgenoten van ons zijn. Een voor een komen de net uit hun
pakken gestapte duikers in de kuip en het is een leuke ontmoeting met vijf
enthousiaste Brabanders: Edwin en Anjola, Bas en Monique en Yolanda. Over de
zojuist gemaakte duik, de eerste in dit gebied, zijn ze zeer te spreken en we
horen en zien al snel dat het redelijk ervaren sportduikers zijn. Ze hebben
mooie duikspullen en zeer uitgebreide foto- en videosets voor onder water. Edwin
is meestal met de video in actie en Bas duikt overal met zijn fotocamera en
lampenset op af. We moeten natuurlijk koffie blijven drinken terwijl John
rustig naar een boei vaart om daar een uurtje aan vast te maken voordat naar een
volgende duikplek gevaren wordt. Voor de volgende dag staan 'Blue Corner' en de
'Blueholes' op het programma en John vraagt of we zin hebben mee te duiken omdat
het driftdives zijn en we deze niet met eigen boot kunnen doen. Dat is een
genereus aanbod (van onze landgenoten in feite) en dat slaan we niet af natuurlijk.
Terug naar de 'Alexandra' varen we nog langs een aantal
boeien om de juiste positie te noteren. We zien dat er twee drijvende hotels
gestationeerd zijn. Met kleine snelle boten worden de gasten in
groepjes naar de duikplekken gebracht. Ook varen er vanaf half 10 de overdekte
boten van de verschillende duikorganisaties en het is soms wachten op je beurt
om op de meest populaire bestemmingen te kunnen duiken. Terug bij de 'Alexandra'
zien we dat we gezelschap hebben gekregen van 'Mary Ann' een mooi 54 ft.
(18meter) pilothouse zeiljacht dat we in Koror op afstand al hebben bewonderd.
De Duitse eigenaar en zijn vrouw komen met hun kano's langs om gedag te zeggen
en we wijzen ze op de lagune achter de berg waar ze met laag water even moeten
gaan kijken.
Wij maken onze duikspullen in orde voor de volgende dag en
als Cornelius en Mary-Ann terugkomen uit de lagoon nodigen we ze uit voor een
hapje en een drankje bij de ondergaande zon. We horen van hun tocht door de
Pacific ocean waarbij met name Tonga en Nieuw Zeeland veel indruk hebben
gemaakt. Cornelius en Mary Ann zijn niet steeds aan boord, maar hebben een
professionele schipper Steve in dienst die het jacht in optimale conditie houdt
en ook chartergasten opvangt en begeleidt. We varen met hun mee terug naar de
'Mary Ann' en krijgen een rondleiding boven- en benedendeks. De 'Mary Ann' is
weer een luxer en moderner jacht dan de 'Alexandra' en het is zeker geen straf
hier al dan niet tijdelijk mee rond te zeilen.
Blue Corner, Blue Hole en Turtle Bay
Om 6 uur 's morgens gaat de wekker en om half 7 zitten we met
onze duikspullen in de dinghy richting German Channel. De zon schijnt en de wind
is ook wat gaan liggen, dus het belooft een mooie dag te worden. We zien de mast
van 'Eclipse', de enige zeilboot, al van verre en we zijn ruim op tijd om nog
aan de ontbijttafel in de kuip aan te schuiven. De maaltijden zijn steeds
overvloedig en Charly blijft iedereen aanmoedigen goed te eten. We varen rond
half 8 naar buiten en zijn dan nog ruim voor de andere duikers die vanuit Koror
moeten komen, zo'n 1 - 1,5 uur varen. Het is even wat schuiven aan boord voor
twee extra mensen met duikvesten en tanks, lood, maskers en zwemvliezen, maar
met een kwartiertje zitten we allemaal in het gangboord gereed om op een teken
van Charly achter elkaar het water in te gaan. De jongens krijgen van John hun
foto- en video-apparatuur aangereikt en dan dalen we met elkaar af op 'Blue
Corner'. Beneden is het even oriënteren, maar Charly gaat ons voor en al snel
speuren we met elkaar naar de haaien die ons vrij dichtbij passeren. Ook volop
andere vissen, meestal in kleine of grotere scholen, dogtooth tuna, bluefin
trevally, king mackarel en nog veel meer!
We naderen de drop-off van Blue Corner en daar zwemt een
kleine schildpad snel weg. Charly geeft aan dat we nu op het rif moeten komen en
we hebben een rifhaak met lijn meegekregen die we ergens achter een rifkopje
moeten steken.Het andere eind
moet je aan je vest vastmaken of in je hand houden. Je
kunt dan rustig in de stroom hangen zonder weggezet te worden en kijken wat er
voorbij komt zwemmen. Edwin en Bas zien we af en toe naar beneden duiken om een
mooie shot te maken. Hoewel het water niet echt kraakhelder is zien we weer
volop vis langskomen.
De tijd vliegt voorbij met zoveel moois om je heen en we
moeten weer verder. Bas is al bijna door zijn voorraad lucht heen, maar zijn zus
Anjola is heel zuinig, dus daar kan hij wel wat 'bijtanken'. We maken netjes
onze veiligheidsstop van 3 minuten op 6 meter en komen dan weer boven water waar
John al in onze richting vaart om ons op te pikken. Terwijl wij onze duikspullen
en pakken uitdoen vaart de 'Eclipse' weer naar wat rustiger water en als de eerste tanks
weer aan de compressor hangen om met nieuwe lucht gevuld te worden, verzamelen
we ons in de kuip voor een verse bak koffie. Het duiken op Blue Corner is voor
iedereen een prachtige ervaring geweest.
We overleggen met John hoe we het beste met de 'Alexandra'
door German Channel kunnen varen en aangezien het met een uur hoog water is,
besluiten we maar gelijk de overtocht te maken. Bas komt met ons mee en in een
half uur scheuren we terug naar Two Dog Islands. We halen het anker op en varen
naar de boei voor het kanaaltje, verder moeten we het met twee stokken doen, een
aan het begin en een aan het eind van German Channel, ongeveer 1 km lang, totale
breedte tussen het rif 30 meter met een vaargeul 5 meter breed. Langzaam zien we de
dieptemeter omhoog komen tot 2,5 meter en we zitten dus al gelijk vast. Via de
marifoon vragen we John of we meer bakboord of stuurboord moeten aanhouden, maar
hij adviseert precies in het midden te blijven. We trekken de boot even
achteruit en proberen het opnieuw. Nu lukt het wel en blijft de diepte 2,7
meter, later gelukkig 3,5 meter. Ook aan het einde blijft het spannend met nog
wat ondiepe plekken, maar dan zitten we weer in 7 meter en meer en varen we
verder naar de 'Eclipse' waarvan we de mooring overnemen omdat het tijd wordt
voor de volgende duik. Weer aan boord met de andere duikers, maken we ons klaar
terwijl John naar de Blueholes vaart. Er liggen nu meer bootjes buitenop het
rif, maar het is zo'n uitgebreid duikgebied dat je elkaar toch niet echt in de
weg zit. Charly vertelt ons in het kort wat we kunnen verwachten en daar gaan we
weer het water in. Op 6 meter onder water vinden we een groot rond gat in het
rif en daar laten we ons langzaam in naar beneden zakken. De reportageploeg gaat
als eerste en maakt opnamen van hoe de rest naar beneden komt. Onderin het
'blauwe gat' vinden we een zandbodem en er zijn verschillende grotten waar we
voorzichtig een kijkje in nemen en zo mogelijk direct een foto maken als we een
grote vis, haaitje of stingray verstoren. Dan trekken we noordwaarts een brede
open gang in met koraal op de muren en diverse gaten en holen. Altijd spannend
wat daar weer uit komt. Plotseling duiken Charly en Edwin naar beneden omdat ze
een leopard shark zien. Deze kom je niet vaak tegen bij het duiken, dus een
unieke kans. De haai ligt op de bodem, op ca.
35meter diepte, te rusten en dus
net te ver weg om er een mooie opname van te maken.
De stroming valt erg mee en we kunnen redelijk relaxed de
geul volgen. Als we weer 'boven komen', pikt John ons op en brengt hij ons terug
bij de 'Alexandra'. Edwin en Anjola stappen ook over om een kijkje aan boord te
nemen en John vaart met de rest van de ploeg door naar Turtle Bay. Dit is een
mooie baai waar hij regelmatig overnacht, maar soms staat er een nare swell en
is het niet prettig liggen. Een kwartiertje later horen we hem via de marifoon
en hij adviseert alleen met de dinghy te komen om nog een duik op de 'muur' in
Turtle Bay te maken en dan terug te varen naar waar wij geankerd liggen.
De duik op de 'wall' is ook weer bijzonder. Als we het water
ingaan zien we voor ons een enorme school gele visjes. Het is een vrolijk
gezicht maar we zijn met teveel ineens en ze trekken zich langzaam terug op het
rif. De duik is niet moeilijk. We hoeven de muur alleen maar te volgen en op
alle diepten is er volop gekleurd koraal, waaierkoraal en wit kokerkoraal te
zien. Bij een kleine grot in de muur wringt Edwin zich nog in alle bochten om
een Napoleon Wrasse met de camera te volgen. Verder zien we regelmatig flitsen
in de diepte waar Monique en Bas een paar mooie plaatjes aan het maken zijn. Het
is jammer dat er geen zon meer is en het zicht niet heel optimaal, maar het is
een mooie duik waarbij we ook hier de verschillende white- en blacktip haaien
onder ons langs zien zwemmen.
Al met al een prachtige dag met drie fraaie duiken en we
worden door John weer netjes bij de 'Alexandra' afgezet. Het is inmiddels flink
gaan waaien, dus komt er van de afspraak om 's avonds langs te komen voor een
drankje niets meer.
Zondag en maandag trekken we op eigen gelegenheid naar Turtle
Bay en doen met de dinghy nog weer een aantal duiken op de verschillende
duikstekken. Het weer blijft goed en we genieten van de schitterende natuur
boven en onder water.
Even terug naar Koror
Dinsdag 1 februari trekken we met hoog water om 11.00 uur het
German Channel weer door. Er staat inmiddels meer wind dan de afgelopen dagen en
die hebben we tegen als we terugvaren naar de rock islands. We vinden een
prachtige baai waar we helemaal beschut voor anker gaan. Vlak bij is Cemetary
Reef: een interessant rif met heel veel vis en daar snorkelen we de volgende
morgen op. Na afloop varen we met de dinghy de omgeving rond, maar er staat nog
steeds een flinke wind en we besluiten lekker in 'onze baai' te blijven liggen.
Donderdagmorgen vroeg regent het nog maar om 11.00 uur halen we het anker op en
varen op de motor in de luwte van de kleine eilanden tot we 1,5 mijl even pal in
de wind open water moeten oversteken. Het is inderdaad flink doorstampen, maar
dan komen we in de bescherming van de natuurlijke haven van Koror en met een
half uurtje liggen we weer bij de Palau Jachtclub voor anker.
We zien dat de
meeste boten zich niet verplaatst hebben.
Vrijdag krijgen we om 9 uur onze Nederlandse duikers op
bezoek. Het is hun laatste volle dag in Palau en we hopen met elkaar nog een
leuke dag aan boord van de 'Alexandra' door te brengen. Het weer zit niet
helemaal mee: bewolking en lichte motregen, maar we starten met koffie en
luisteren
met plezier naar de verhalen van de 'Eclipse' , het duiken en de ervaringen in Koror. Na een uurtje gaat het anker op en we besluiten binnen de haven te blijven.
We vinden een aardig plekje nabij een paar avontuurlijke grotten en zowel in het
water als op de kant verkennen we onze nieuwe omgeving. Verder maken de
Brabanders van de gelegenheid gebruik de 'Alexandra' nader te bekijken en we
moeten her en der wat toelichting geven op hoe we bepaalde zaken aan boord
regelen en hoe de navigatie-apparatuur werkt. Het weer klaart op en we kunnen in
de kuip de lunch gebruiken. De zon begint zelfs te schijnen en dat is voor
iedereen de voorlopig laatste gelegenheid daar nog even gebruik van te maken.
Voor de fotograaf varen we op de fok even langs de oude vuurtoren in de haven en
dan tuffen we rustig aan weer richting Koror. Het is leuk dit gedeelte van Palau
ook even vanaf het water gezien te hebben en als verrassing nodigen onze gasten
ons uit om 's avonds in Kramers Restaurant met elkaar te gaan eten. Ook dit
wordt weer een heel gezellige avond.
Rock Islands (2)
Maandag 7 februari liggen we opnieuw aan de steiger van de
jachtclub om water te tanken en we vertrekken snel naar de Rock Islands, weg van
de drukte van Koror. Met een kleine twee uurtjes liggen we weer achter een mooi
eiland en genieten aan het eind van de dag van het gekrijs van de vogels. Van
hieruit is het met de dinghy niet ver varen naar de 'Iro', een gezonken Japans
bevoorradingsschip dat in de Tweede Wereldoorlog, 60 jaar geleden inmiddels, is
neergeschoten. Via de lijn van de boei komen we op het voordek terecht en dan
maken we een uitgebreide tocht over het dek en bekijken de gigantische mossels
met zigzag monden en al de fraaie koralen die zich op de relingen en op wat er
van masten en stuurhuis over is, gehecht hebben. Ook de kanonnen voor en achter
en het draaimechanisme waarmee ze gericht werden zijn goed te herkennen en zien
er inmiddels zeer fraai uit. Overal hebben zich
verschillende vissen alleen of in schooltjes een aangenaam verblijf aan boord
veroverd.
Er drijven helaas heel wat vuiltjes in het water en ook de
zon laat zich niet zien, zodat het wrak een beetje sombere indruk maakt, maar
zeker de moeite waard!
De rest van de week zwerven we zowel met de 'Alexandra' als
met de kano en de dinghy tussen de grote en kleine eilandjes van de Rock Islands
door en het is een heerlijk gebied om te verblijven. We snorkelen onder de
'Softcoral Arch' door en constateren dat hier inderdaad een groot aantal
prachtig gekleurde zachte koralen groeit. Het overige koraal langs de eilanden
is overal inmiddels dood. De structuren staan er nog, maar nergens is enige kleur
te bekennen.
We maken nog een tweede duik op het wrak van de Iro, waar
'Eclipse' met nieuwe gasten ook net wil gaan duiken. We kletsen even gezellig
bij en van John horen we dat in de baai waar we geankerd liggen, een niet in de
boekjes vermeld wrak ligt. Hans is daar een uurtje naar
aan het zoeken, vindt een dik touw
en maakt daar een boeitje aan vast omdat hij geen lucht
genoeg meer heeft om de lijn te volgen. De volgende morgen duiken we samen naar
beneden en volgen vol verwachting de lijn naar een wrak met wellicht een schat
aan boord verborgen? Het touw is inmiddels aardig in het
koraal ingegroeid en gaat een stuk onder de zandbodem verder. Dan
stopt-ie plotseling en zien we in
het zand een betonblok. Aan de andere kant van de lijn
heeft waarschijnlijk een boeitje gezeten, dus helaas loopt
het spoor naar het zo begeerde wrak dood!
Laatste week in Koror
De laatste week bij de jachtclub vliegt voorbij met
internetten, klussen, boodschappen doen, wassen en verdere voorbereidingen voor
de tocht naar de Filippijnen. Een bloedtest in het
ziekenhuis toont aan dat er
geen sporen van malaria meer in mijn bloed zitten. Bij de Filippijnse Ambassade
kunnen we alvast een visum voor 59 dagen krijgen (kopen). We gaan nog een keer
naar de kapper. Er is in de jachtclub een lezing van een Amerikaan die al 12
jaar met opsporing en onderzoek van Amerikaanse vliegtuigen en het lot van de
bemanningen in Palau tijdens de Tweede Wereldoorlog bezig is. Hij toont de
inmiddels bereikte resultaten en een vragen/knelpuntenlijst waarop ze dit jaar
antwoorden hopen te vinden. Met de bemanning van vijf andere
jachten hebben nog een Italiaanse avond aan boord van de Deense delegatie
in de haven. En met het afstempelen van de paspoorten is onze tijd in
Palau voorbij.